DE GOUDEN BRIL – Giorgio Bassani (De Bezige Bij, 2018, oorspronkelijke uitgave 1970. Vertaald door Jan van der Haar)

In
De gouden bril is dat de verteller – een jonge student – maar vooral de nieuwe
arts uit Ferrara (de stad waar al Bassani’s boeken zich afspelen). Deze arts,
dokter Fadigati, is geliefd, maar hij draagt ook een raadsel met zich mee:
waarom is hij nog niet getrouwd? Als de gemeenschap om hem heen eenmaal ontdekt
wat daar de reden van is, schrijft Bassani deze mooie zinnen:
‘Ach ja.’
‘Wat een vent ook
eigenlijk.’
‘Dat we daar niet
eerder aan hebben gedacht!’
Maar over het
algemeen moesten ze, alsof ze niet ontevreden waren dat ze zo laat Fadigati’s
hebbelijkheid hadden beseft (het had meer dan tien jaar gekost om daar achter
te komen, stel je voor!), maar in de grond gerustgesteld, over het algemeen
moesten ze glimlachen.
Tja,
gerustgesteld – totdat zijn ‘hebbelijkheid’ naar hun idee wat al te zichtbaar
wordt en er een jonge student in beeld komt. De plot weggeven is niet fijn,
doen we hier ook niet, maar het heerlijke van dit dunne boek (103 bladzijden)
is met name de beeldende sfeertekening. Je zit mét de verteller in de trein van
Ferrara naar Bologna, om tien voor zeven ’s ochtends, in 1936. Daarbij is er in
de plot wat fijnzinnig mysterie, en vooral: mededogen. De verteller is zacht
voor een man die onzacht bejegend werd. De gouden bril staat voor mij vanaf nu
in het rijtje mooiste klassiekers én mooiste ‘gay’-klassiekers, en deed me ook
nog eens al Bassani’s andere boeken aanschaffen.
Pim: Ik las De
gouden bril vlak na een heerlijke, ontspannen strandvakantie op Sicilië. Een
dag of twee na terugkomst kreeg ik het boek cadeau van Edward. Door zijn
overtuigend enthousiasme belandde het boek niet op het ‘nog te lezen’-stapeltje
naast mijn bed, ik begon diezelfde dag met lezen. En zo, dankzij Edward,
dankzij Bassani, hoefde ik Italië nog even niet te missen.
De
beeldende sfeertekeningen zetten de lezer namelijk midden in Italië. Bassani
maakt gebruik van uitvoerige beschrijvingen, waarbij hij ook de kleinste
details héél precies opschrijft. Zoals Edward al schreef, zit je als lezer ook in
die trein, je reist door Ferrara, Bologna en belandt, een aantal pagina’s
later, op het strand. Het lezen van dit boek is dan ook een soort vakantie –
helaas wel een vrij korte vakantie.

Wat het boek verder zo geslaagd maakt, is de manier waarop de kleinste, vrijwel triviale handelingen zijn opgeschreven. Bassani beschrijft ze met uiterste precisie en dat heeft prachtige zinnen tot resultaat. Een mooi voorbeeld daarvan is de volgende beschrijving van hoe Fadigati zijn huis verlaat:
Hij aarzelde even in de deur, keek omhoog,
naar rechts, naar links, alsof hij onzeker was over het weer en de te nemen
richting.
Een
vroegere schrijfdocent beweerde eens dat een goede literaire zin niet veranderd
kan worden. Hij zei dat zo’n zin door aanpassingen niet beter, alleen maar
slechter kan worden. Ik vermoed dat hij De
gouden bril gelezen heeft.
Reacties
Een reactie posten